Symbole d’une Provence de splendeur

Wijn met kurk, wat doe je ermee ?

Weggieten doet pijn, terugbrengen is soms even pijnlijk.

Indien het een wijn betreft boven 7-8 € en wanneer de plaats waar ie gekocht is zich niet te ver van m’n zuipschuit bevindt, breng ik de gecontamineerde fles terug.

We zien wel wat de reactie is. Colruyt bijvoorbeeld doet helemaal niet moeilijk. Ook Delhaize zal uw wijn niet aan een biochemische analyse onderwerpen alvorens u een andere fles mee te geven. In Carrefour ook geen probleem, maar zonder kasticketje word je teruggestuurd. Daar beseffen ze blijkbaar niet dat wijn geen fles melk is die gekocht wordt voor instant gebruik. De streepjescode zou toch moeten duidelijk maken dat de fles genuineGB is dacht ik zo.

Enfin, niet ter zake want de fles Chateau Romanin 1998 die ik ontkurkte kocht ik bij Lambrecht. En deze wijn had dus ook last van de gevreesde pretbederverbacterie.

Pretbederverbacterie.? Mooi woord, al zeg ik het zelf.

Vermits Wijnen Lambrecht zich in een aanvaardbare straal van m’n druppelkot bevindt besloot ik de wijn terug te brengen. Uiteraard verwachtte ik geen overenthousiaste handelaar die onmiddellijk z’n magazijn zou induiken om daar een verse fles uit de rekken te halen. De heer Lambrecht junior was dan ook enigszins gereserveerd ( maar wel vriendelijk ) en haalde een INAO glas..Na uitgebreid ruiken en kort proeven , besloot ie dat de wijn geen kurk had.

“volgens mij is daar niks mis mee…”

Daar sta je dan.

Woord tegen woord, neusepitheel tegen smaakpapil.

Ik mompelde al iets van “Ach ja, geen probleem ,..” maar ik werd gecounterd door een vriendelijk “ maar ik ga u een andere fles geven, hoor.” Tja, dan heb je een dubbel gevoel, hoe kan hij nu die kurk niet herkennen, maar anderzijds, wat genereus dat ie me dan toch een andere fles aanbiedt. En dan komt de goed opgevoede empathicus in me naar boven.

“ Hé, dat is vriendelijk, maar ik ben al tevreden met een flesje van de tweede wijn hoor.”

En ik kocht er nog een Colheita ‘95, geboortejaar van m’n dochter bovenop.

Aldus opende ik deze avond La Chapelle de Romanin, Les- baux- de- Provence 2002.

Een rode, licht doorzichtige kleur. In de neus klein rijp en zoetig rood fruit maar vooral kruidig. Eerst dacht ik aan rozemarijn, maar na het ruiken aan enkele amorapotjes kwam ik tot de conlusie : Definitively marjolein ! Deze kruidigheid zorgt voor een ultiem frisse mond, een sappige hap die niet verveelt, en zelfs een mooie ‘compagnon de route  intestinale’ bij de kip met curry. Een waardige tweede wijn, verrassend mooi zelfs, rekening houdend met het moeilijke wijnjaar 2002.

romanin

Chateau Romanin is de erfgenaam van een levendig verleden.
Althans, zo staat het op de website.
De wijn zou zelfs al ten tijde van de Griekse beschaving, 350vc, door Pytheas uitgevoerd zijn
onder de naam van ‘
Vin de Théopolis’. Later werd de wijn in alle Romeinse steden
verdeeld door een zekere ClaudiusPostumus Dardanus.

Romanin was blijkbaar een thuishaven voor de Provençaalse intellectuelen, de literatuur en de poezie.
Ook de troubadours lieten zich niet onbetuigd, getuige deze lofzang van
Fréderique Barberousse :

 

“Ô Romanin, ô vieux château
Temple du Vrai, Temple du Beau,
si tu ne vis qu’en souvenir,
tu demeures pourtant le symbole
d’une Provence de splendeur.
Sur tes éboulis, vieux château,
narguant la chaleur et le givre toujours,
jamais las de chanter,
viendront en foule les poètes.”